{"id":453,"date":"2023-03-23T20:55:43","date_gmt":"2023-03-23T20:55:43","guid":{"rendered":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/?p=453"},"modified":"2023-03-24T13:22:07","modified_gmt":"2023-03-24T13:22:07","slug":"cognitieve-gedragstherapie-een-heilig-huisje-gebouwd-op-een-gasbel","status":"publish","type":"post","link":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/cognitieve-gedragstherapie-een-heilig-huisje-gebouwd-op-een-gasbel\/","title":{"rendered":"Cognitieve gedragstherapie (een heilig huisje, gebouwd op een gasbel)"},"content":{"rendered":"\n

Een definitie:<\/em><\/strong><\/p>\n\n\n\n

    \n
  1. Cognitieve gedragstherapie<\/em><\/strong> (c.g.t) is een mengeling van <\/em>gedragstherapie<\/em><\/a> <\/em>met interventies die ontwikkeld zijn vanuit de <\/em>cognitieve psychologie<\/em><\/a>. <\/em>De kern is de veronderstelling dat zogenaamde irrationele <\/em>cognities<\/em><\/a> (gedachten) zorgen voor disfunctioneel gedrag, zoals <\/em>vermijdingsgedrag<\/em><\/a> of <\/em>agressie<\/em><\/a>. <\/em>De technieken die gebruikt worden in de cognitieve gedragstherapie richten zich op het veranderen van de inhoud van deze irrationele cognities. Grondleggers van c.g.t zijn <\/em>Aaron Beck<\/em><\/a> <\/em>en <\/em>Albert Ellis<\/em><\/a>. <\/em>Daarnaast wordt gewerkt met technieken uit de klassieke gedragstherapie. Deze staan bij Cognitieve gedragstherapie echter ten dienste van het veranderen van cognities. (Wikipedia, verwijzend naar Korrelboom, K. & Ten Broeke, E., 2004, boek: Integratieve gedragstherapie<\/em>)<\/em><\/em><\/strong><\/li>\n<\/ol>\n\n\n\n

    C.g.t is op dit moment waarschijnlijk de meest toegepaste vorm van psychotherapie. Uit veel onderzoek blijkt dat c.g.t effectief is in het bestrijden van symptomen bij verschillende vormen van<\/em> <\/em>psychopathologie<\/em><\/a>. (Wikipedia, 2018, Andrew C. Butler, Jason E. Chapman, Evan M. Forman & Daron T. Beck, 2006: The empirical status of cognitive-behavioral therapy: a review of meta-analyses. Clinical Psychology Review, volume 26, issue 1, January 2006, pages 17 \u2013 31).<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Dat een therapeutische discipline \u2018evidence based\u2019 is, maakt haar niet heilig:<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Kritiek op C.G.T.:<\/em><\/strong><\/p>\n\n\n\n

    \u201c<\/em>Behavioristische<\/em><\/a> therapeuten en onderzoekers wijzen erop dat uit studies blijkt dat cognitieve interventies niet bijdragen aan de werkzaamheid van c.g.t., maar dat de werkzaamheid wel afhangt van gedragsmatige interventies. Bovendien is er kritiek op de aanspraak die c.g.t. doet op de ratio, het analytische denkvermogen van de cli\u00ebnt. Dit heeft geleid tot de ontwikkeling van bijvoorbeeld <\/em>Acceptance and Commitment Therapy<\/em><\/a> (ACT) en andere vormen van <\/em>derdegeneratiegedragstherapie<\/em><\/a>.  \u00c9\u00e9n daarvan: Acceptance and commitment therapy<\/strong> (ACT), is een relatief nieuwe vorm van <\/em>gedragstherapie<\/em><\/a> die aan het eind van de 20ste eeuw is ontwikkeld door de Amerikaanse psycholoog <\/em>Steven C. Hayes<\/em><\/a>. In ACT wordt cli\u00ebnten geleerd zich te richten op zaken die ze op directe wijze kunnen be\u00efnvloeden, zoals hun eigen gedrag, in plaats van controle proberen te krijgen over ervaringen die niet direct te be\u00efnvloeden zijn, zoals emoties en gedachten (dit wordt <\/em>experi\u00ebnti\u00eble vermijding<\/em><\/a> genoemd). Dit impliceert een acceptatiegerichte houding ten opzichte van deze emoties en gedachten. Kern van ACT is de filosofie dat het<\/em> <\/em>vechten tegen onvermijdelijke zaken uiteindelijk ten koste gaat van een waardevol leven. Sinds maart 2011 is ACT in de <\/em>Verenigde Staten<\/em><\/a> officieel erkend als <\/em>evidence based<\/em><\/a>.\u201d<\/em> <\/em>
    (Verwijzend naar Richard J. Longmore & Michael Worrell, 2007: \u2018Do we need to challenge thoughts in cognitive behaviour therapy?\u2019, Clinical Psychology Review . Volume 27, issue 2, March 2007, pages 173 \u2013 187)<\/em><\/em><\/p>\n\n\n\n

    Leestip ter verdieping:  A-Tjak & De Groot, 2008: \u2018acceptance and commitment therapy: een praktische gids voor hulpverleners\u2019. (Bohn, Stafleu van Loghum).<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Belangrijk om waar te nemen is dat ook uit het veld van de oorspronkelijke cognitieve gedragstherapie voorstellen komen om deze te verbeteren, zoals bijvoorbeeld met het vormgeven van de hiervoor reeds genoemde \u2018Acceptance & Commitment Therapy\u2019. Deze vorm van behandeling erkent dat de klassieke C.G.T. \u2018te veel een beroep doet op de ratio, het analytische denkvermogen van de cli\u00ebnt\u2019. Niet iedereen is daar ontvankelijk voor en daarnaast wordt er te veel voorbij gegaan aan de andere instrumenten die een mens tot zijn beschikking heeft om tot een hoger niveau van \u2018awareness\u2019 (\u2018gewaarzijn\u2019) te komen. Deze opvatting is niet nieuw. In de jaren dertig van de vorige eeuw werd de gestalttherapie ge\u00efntroduceerd. Een stroming die valt onder de existenti\u00eble fenomenologie en die, eenvoudig samengevat, de mens holistischer ziet. Drie hoofdvragen zijn altijd aan de orde: Wat denk je? Wat voel je (emotie)? En wat merk je aan je lichaam? <\/strong>Veel nieuwe stromingen hebben van de gestalttheorie \u2018geleend\u2019 wat bruikbaar was binnen de eigen discipline dat men voorstond.<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Irvin D. Yalom, de grote voorstander van dynamische therapie, heeft ook iets te zeggen over de beperkingen en het \u2018succes\u2019 van Cognitieve Gedragstherapie:<\/em><\/p>\n\n\n\n

    \u201cHet concept van de EVT (\u2018empirically validated therapy\u2019, oftewel een therapie waarvan de effectiviteit empirisch is vastgesteld) heeft de laatste tijd een enorme invloed gehad op het gebied van de psychotherapie, en to dusverre uitsluitend negatief.\u2019 (Yalom. 2017)<\/em><\/p>\n\n\n\n

    \u201cDe wetenschappelijke psychologische opleidingen zijn daarom in hun curricala meer aandacht gaan schenken aan E.V.T.\u2019s, afgestudeerde psychologen zijn helemaal overtuigd van de superioriteit (sic) van dit concept.\u201d (Yalom 2017)<\/em><\/p>\n\n\n\n

    \u201cRecente meta-analytische publicaties herstellen weer enigszins het evenwicht (ik baseer me hier op het uitstekende werk van Weston en Morrison: How empirically valid are e.v.t.s? A critical appraisal.)\u201d<\/em><\/p>\n\n\n\n

    \u201cEen analyse van de resultaten van E.V.T.\u2019s (geleverd door Weston en Morrison) wijst uit dat de uitkomsten veel minder spectaculair zijn dan algemeen wordt aangenomen. Het effect van detherapie is na \u00e9\u00e9n jaar grotendeels, en na twee jaar vrijwel geheel verdwenen. Natuurlijk kunnen E.V.T.\u2019s op de korte termijn goede resultaten opleveren, maar dat geldt voor elke therapeutische interventie.\u201d \u201c(Yalom, 2017)<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Een gezonde relativering tot slot<\/em><\/strong><\/p>\n\n\n\n

    Niemand heeft de wijsheid in pacht. De beste therapeut waar ik als cli\u00ebnt ooit mee heb mogen werken, was er een die o.m. geschoold was in de Cognitieve gedragstherapie. Je kunt als mogelijke cli\u00ebnt beter inzetten op een therapeut die je \u2018ligt\u2019, die bereid is niet afstandelijk te zijn. Die zijn vooroordelen (iedereen heeft ze) voor zich weet te houden en daar eens goed over na te denken. Empathisch vermogen is cruciaal, maar ook gedegen kennis van de psychologie. En, last but not least: \u2018levenservaring\u2019.
    Uit massa\u2019s onderzoeken is gebleken dat het niet de discipline is (C.G.T., Gestalt, Rodgeriaans, Psycho-analytisch etc.) die het verschil maakt, maar de relatie cli\u00ebnt \u2013 therapeut. Vertrouw je gevoel en koppel dat aan je verstand wanneer je op intake gaat. \u2018De therapeut is niet alwetend\u2019.<\/em><\/p>\n\n\n\n

    Ik raad mensen aan om niet op dogma\u2019s te vertrouwen, maar op personen. Gebruik daarbij je intu\u00eftie, je verstand, je emotie, de signalen die je lichaam in de ontmoeting weergeeft.<\/em><\/p>\n","protected":false},"excerpt":{"rendered":"

    Een definitie: C.g.t is op dit moment waarschijnlijk de meest toegepaste vorm van psychotherapie. Uit veel onderzoek blijkt dat c.g.t effectief is in het bestrijden van symptomen bij verschillende vormen van psychopathologie. (Wikipedia, 2018, Andrew C. Butler, Jason E. Chapman, Evan M. Forman & Daron T. Beck, 2006: The empirical status of cognitive-behavioral therapy: a review […]<\/p>\n","protected":false},"author":3,"featured_media":454,"comment_status":"open","ping_status":"open","sticky":false,"template":"","format":"standard","meta":{"_acf_changed":false,"_seopress_robots_primary_cat":"","_seopress_titles_title":"","_seopress_titles_desc":"","_seopress_robots_index":"","footnotes":""},"categories":[38,48],"tags":[],"acf":[],"_links":{"self":[{"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/posts\/453"}],"collection":[{"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/posts"}],"about":[{"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/types\/post"}],"author":[{"embeddable":true,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/users\/3"}],"replies":[{"embeddable":true,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/comments?post=453"}],"version-history":[{"count":0,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/posts\/453\/revisions"}],"wp:featuredmedia":[{"embeddable":true,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/media\/454"}],"wp:attachment":[{"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/media?parent=453"}],"wp:term":[{"taxonomy":"category","embeddable":true,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/categories?post=453"},{"taxonomy":"post_tag","embeddable":true,"href":"https:\/\/slikkenofstikken.online\/wp-json\/wp\/v2\/tags?post=453"}],"curies":[{"name":"wp","href":"https:\/\/api.w.org\/{rel}","templated":true}]}}